Spierballentaal

Het was afgeladen vol in het restaurant. Dit was eigenlijk niet verwonderlijk. Het etablissement was altijd op zaterdagavond tot aan de nok toe gevuld. Reserveren was geen overbodige luxe. Deed je dit niet dan kon je de Indiase specialiteiten op je buik schrijven. We kwamen er regelmatig en waren zo verstandig geweest een tafeltje van twee te reserveren.

Het restaurant was ingericht op aantallen. De Indiërs die de zaal runden verstonden de kunst om zoveel mogelijk tafeltjes met stoeltjes in de ruimte te drukken en toch nog enige vorm van privacy te handhaven. Rustig romantisch eten zat er echter niet in. De kwaliteit van het eten compenseerde dit ruimschoots. Nog een bijkomend voordeel voor een schrijver: diverse verhalen worden je gratis in de schoot geworpen.

We zaten aan een kleine tafel tegen een muur ergens in een hoek. Terwijl ik me aan het afvragen was hoe op deze paar vierkante centimeters al het eten straks moest passen, viel links van mij opeens een bont gezelschap op. Twee grote kerels, een donkere man op krukken en een blanke man zonder. Twee dames, beide uit een potje platinablond. Mijn eerste indruk was dat deze veel bij een sportclub vertoefden. De kerels zagen eruit alsof ze mij met twee vingers op konden tillen. Ik vermoedde dat het twee stellen waren. Tegelijkertijd had ik daar mijn bedenkingen bij. De donkere man was zo’n beetje de hele avond drukker met zijn telefoontje dan met zijn vriendin naast hem en de blanke man was drukker met zijn omgeving dan met het uiterlijk van zijn vriendin. Hij zocht ook duidelijk een klankbord voor zijn verhalen, maar zijn kompaan was een uitdaging. Hoe kreeg hij zijn aandacht? Aan zijn volume lag het in elk geval niet. Die reikte tot bij ons aan het tafeltje.

‘We moesten met de groep tien timble-bells doen, daarna een walk with the weights, een force yourself to the max en we moesten eindigen met een killerrun.’

De benamingen kunnen ook anders geweest zijn, maar die van de killerrun weet ik zeker.

‘Dit alles moesten we doen in twee minuten tijd. Vijftien keer!’

Hij trok een gezicht erbij alsof het iets heel zwaars betrof en om dit nog meer kracht bij te zetten, toonde hij op krachtige wijze zijn beide handen twee keer. Beseffend dat hij hiermee twintig aantoonde, schoot zijn gezicht even in een onnozele stand en liet hij snel zijn handen onder de tafel glijden. Het maakte niet heel veel uit, want de man tegen over hem kreeg net een leuk berichtje binnen op zijn mobiel.

‘Ik begon, deed de oefeningen, en had gewoon nog vijftien seconden over.’

Triomfantelijk ging de uit de kluiten gegroeide man achterover zitten. De donkere man grinnikte een keer, hiermee zeggend dat hij het knap vond. Onder de indruk leek hij niet echt te zijn. Wel van zijn mobieltje want er twitterde weer een berichtje binnen.

Echt verliefd kwamen mij deze personen ook niet over. Ik begon me ook af te vragen of dit wel stelletjes waren. De blanke man had in elk geval de strijd nog niet opgegeven en ging verder met zijn grootse testosterontaal.

‘Vijftien seconden maar liefst! Ik was niet eens moe. Echt waar jongen. En de tweede en derde keer hield ik gemakkelijk vol, joh. Die anderen allemaal stuk zijn. Ik niet! Tja en dan ga ik me vervelen hè, jongen. Liep ik daar een beetje rond te lopen, te ouwehoeren en te klooien. Drie seconden voor aanvang stond ik er weer. En met net zoveel gemak liep ik weer mijn rondje, jonge!’

Ik dacht: als je zó veel tijd over hebt en je bent niet eens moe, dan ben je gewoon een luie sporter! Ja toch? Je kan ook gewoon een extra killerrondje doen. Jezelf tot het uiterste dwingen in plaats van lopen klieren. Wat die kerel met zijn mond zo goed kon, moest die eens met zijn lijf doen! Aangezien ik wel drie keer in die vent paste qua postuur, heb ik deze woorden wijselijk voor me gehouden en alleen maar gedacht. De donkere man leek ook niet echt onder de indruk.

‘Wat goed jongen,’ zei hij op een ongeïnteresseerde toon en begon te lachen om een mop die op zijn telefoon plopte.

‘Vijftien keer lang had ik vijftien seconden over,’ hij lachte triomfantelijk. ‘Dat kunnen er niet veel!’

Nee, zeker niet, dacht ik. Veel weten ook niet wat een timble bells, tumble bells of jingle bells is. Narcisme op sportschoolniveau en hoe het met de meeste hoogmoedige mensen gaat: het publiek luistert slecht. De vrouwen naast de beide kerels hadden sowieso geen gespierd woord opgevangen en hadden genoeg gezien van het restaurant. De rekening werd gevraagd.

‘Doe alles maar bij elkaar optellen,’ zei de donkere man grootmoedig. Kijk aan. Hij kon scoren op galant zijn en prompt was hij zijn mobieltje vergeten.

De ober bracht de rekening, de donkere man bestudeerde deze. Zijn ogen kregen de grootte van een killerrun.

‘Alles maar netjes door vier delen jongens.’ En hij verschool zich snel weer achter zijn mobieltje. Tot zover het onderdeel: Killergalant zijn.

De dames trokken hun portemonnee en trokken zonder veel na te denken hun deel van het geld eruit. De donkere man op krukken, aarzelde iets langer, maar had algauw zijn deel op tafel. De blanke man bleek meer praatjes dan geld te hebben. Hij bestudeerde vier keer de inhoud van zijn knip.

‘Mag je hier ook pinnen? Ik had niet gedacht dat het zo duur was.’

We praten over veertig euro per persoon.

De blonde dame naast hem kon wist nog net een ik-wist-het-wel-grijns te onderdrukken en vroeg wat hij te kort kwam. Dan leende zij dit wel aan hem. Uiteraard voelde hij zich daar te groot voor. Iemand die vijftien keer met de ogen dicht de flight of the killerbee kan, kan ook zichzelf bedruipen! Nog een keer bestudeerde hij zijn schaarse portemonnee. Zijn gezicht vertrok langzaam van hoogmoed naar toegeeflijkheid. In enkele seconden tijd zag je letterlijk hoe hij zichzelf inwendig goedpraatte dat geld lenen van een hoogblonde vrouw eigenlijk best wel stoer was. Meneer de praatjesmaker gaf toe en nam het geld aan.

Even later liepen ze met hun vieren naar buiten. Een voor een kwamen ze langs het raam gewandeld. Eerst de dames. Vrolijk kletsend. Toen de donkere man op krukken. Nog steeds druk met zijn mobiel! Hoe hij dat voor elkaar kreeg, chatten en lopen op krukken? Dat leek me knapper dan een killerrun. Als laatste kwam de blanke man. Handen nonchalant in zijn zak, stoer breeduit lopend en, ja hoor, druk bezig met zijn spierballen taal. De andere drie luisterden niet eens meer.

Ik staarde mijn naar mijn vriendin die aan de andere kant van het volgeladen tafeltje met heerlijk voedsel zat. Zij glimlachte om het hele gebeuren. Ik glimlachte terug om het feit dat ik niet veel hoefde te doen om aandacht te krijgen. Ik pakte haar hand en zei:

‘Hebben we genoeg geld of gaan we voor de killerrun?’

Spierballen

Bron afbeelding: Basic Fit.

26 gedachtes over “Spierballentaal

  1. Weer eens wat anders dan naar je mobieltje kijken. Heerlijk toch? Mensen kijken? Daar heb je geen spierballen voor nodig…. of een killerrun.
    En als het eten ook nog gesmaakt heeft, dan is het helemaal perfect.

    Geliked door 1 persoon

  2. Leuk verhaal weer, Michiel, maar eh… eigenlijk was ik nieuwsgieriger naar die twee blonde stoten. Mocht jij zeker niet naar kijken van je vriendin? Op straffe van een killer-blik? 🙂

    Geliked door 1 persoon

Geef een reactie op MichielZiet Reactie annuleren